In februari 2023 diende de vereniging Vrienden van Vlietland bij de gemeente een WOO-verzoek in om documenten openbaar te maken. Die gingen over de vraag of er een ’Voorbereidingsbesluit’ genomen kan worden over de plannen om vakantiewoningen in Vlietland te bouwen. B&W verklaarde zo’n Voorbereidingsbesluit juridisch onmogelijk, maar hield het advies van hun juristen daarover geheim. De Vrienden kregen die documenten niet.
Daartegen gingen de Vrienden in bezwaar. Een commissie van juristen bestudeerde de juridische gronden die de vereniging aanvoerde. Ook de gemeente diende een verweerschrift in. Na een hoorzitting bracht de commissie, maanden later, een advies uit. De conclusie: het bezwaar van de Vrienden was ongegrond.
De Vrienden waren natuurlijk heel benieuwd naar de ‘Overwegingen’ van de commissie: waaróm komt de commissie tot het oordeel ‘ongegrond’
Bestuurslid Sonja Noot: “De overwegingen die we ontvingen, gingen totaal voorbij aan ons bezwaar. Er werd ingegaan op zaken die we niet hadden ingebracht. Van onze belangrijkste aangevoerde rechtsgronden vonden we ook niets terug. Het stuk dat we kregen, had helemaal niets met onze bezwaarzaak te maken.”
Na allerlei speurwerk vonden de Vrienden de verklaring: de toegestuurde ‘Overwegingen’ waren domweg in z’n geheel gekopieerd uit een antwoord van de gemeente aan een andere organisatie. Die had een paar maanden eerder ook een bezwaar ingediend. Was dit een fout?
Nee, antwoorde de secretaris van de bezwaarcommissie desgevraagd: er kon met een gekopieerd advies worden volstaan. De andere organisatie had (ongeveer) dezelfde stukken opgevraagd als de Vrienden en vervolgens óók bezwaar gemaakt tegen een afwijzing. Eenzelfde zaak dus, volgens de gemeente.
De Vrienden voelden zich niet serieus genomen en stapten daarom naar de rechter. Staat de wet toe dat een overheid een formeel bezwaar als ‘ongegrond’ afdoet op basis van overwegingen uit een andere zaak die op andere bezwaargronden, op een ander tijdstip en door een andere partij is gevoerd?
Ze maakten van de gelegenheid gebruik om de rechtbank te vragen om meteen óók naar hun bezwaarzaak zelf te kijken. Ze hadden immers nog geen antwoord van de gemeente op hun argumenten gekregen en wisten daarom nog steeds niet of de gemeente juridisch geldige redenen had opgevoerd om zulke belangrijke stukken onder de pet te houden!
Deze maand heeft de Rechtbank uitspraak gedaan.
Die oordeelt dat het besluit van de gemeente inderdaad onzorgvuldig tot stand is gekomen. In het advies worden punten besproken die door de Vrienden niet zijn aangevoerd en worden wezenlijke bezwaargronden van de Vrienden onbesproken gelaten. Dat kan zo niet en de rechtbank begrijpt dan ook dat de Vrienden zich niet gehoord voelen.
De Vrienden hebben terecht aangevoerd dat van “een heroverweging op grond van hun bezwaren niet is gebleken.”. Verder wijst de rechtbank er nog op dat door het kopiëren van het antwoord aan een andere partij, de verkeerde weigeringsgrond is mee gekopieerd. Die gold wel voor de originele zaak, maar de gemeente wijzigde dat artikel tijdens de procedure van de Vrienden. En vergat dat dus in de kopie van de andere zaak aan te passen…
Dit alles getuigt niet van de zorgvuldigheid die van de gemeente mag worden verwacht, aldus de rechtbank. Daarom veroordeelt de rechtbank de gemeente tot het betalen van het Griffierecht en de proceskosten.
Op de bezwaarzaak zélf ging de rechtbank ook uitgebreid in. De rechter oordeelt dat de gemeente tijdens deze rechtszaak alsnog is ingegaan op de diverse bezwaren van de Vrienden. De daarbij aangedragen rechtsgronden mogen volgens het recht toegepast worden. Bovendien heeft de rechter de door de Vrienden opgevraagde documenten wél kunnen inzien en heeft die vergeleken met de openbare versie. Ze oordeelt dat de Vrienden met die openbare versie hun werk kunnen doen.
De Vrienden zijn blij met de uitspraak. Ze zijn deze rechtszaak aangegaan vanwege het principiële karakter: zoals de gemeente hun bezwaarzaak heeft behandeld, klopte volgens hen van geen kanten. De rechter heeft ze daarin nu gelijk gegeven. Bovendien zijn ze door deze rechtszaak nu wél gehoord en kregen een antwoord op hun vragen. Ze hebben bovendien vertrouwen in het oordeel van de rechter dat het geheime stuk en de publieke versie niet al te veel van elkaar afwijken. Dat konden ze immers niet zelf controleren.
Met de informatie van de rechtbank kunnen de Vrienden in het nog komende traject rondom de bouwplannen in Vlietland hun voordeel doen: het speelveld wordt daarmee weer een stukje gelijker.
www.vriendenvanvlietland.nl