De dag na de tien kilometer wandeltocht stond in het teken van ‘we doen geen bal vandaag!’ Eerst maar eens acclimatiseren. Wel even fietsen voor de jongens gehuurd en uiteraard even naar mijn zus en echtgenoot zodat de neefjes Kwik, Kwek en Kwak hun grote neef en nicht weer eens zagen. De volgende dag bestond uit fietsen, fietsen en nog eens fietsen. Veel mensen denken dat je op een eiland snel uitgefietst bent, maar dat is abso luut niet zo. Er zijn fietspaden in over vloed, die je kriskras over het eiland leiden. En sinds een aantal jaren heb ben ze ook een fietspad aan de buiten kant van de dijk gemaakt waar je fan tastisch kunt fietsen. Aangezien het laag water was moest er wel steeds even gestopt worden omdat de jon gens op krabben en schelpenjacht gingen. Maar dat gaf niet want we hebben vakantie! In het plaatsje Hoorn streken we neer op een terrasje mét speeltuin: ideaal voor een gezin, vooral omdat er een groot hek om heen stond…Met een gerust hart én ogen konden we genieten van een paar heerlijke biertjes in combinatie met de schaduw van de parasol. Na anderhalf uur stapten we weer op hebben vakantie! Op de terugweg stopten we uiteraard weer even bij een ijsboer want papa Muis wil op zijn vakantie minimaal twee ijsjes per dag kunnen nuttigen. Voor een ijsje kun je me wakker maken. Na het avondeten gingen we een beetje achter de dijk hangen en kon ik Sil na een kwartiertje alweer naar huis brengen, omdat hij met zijn laarzen dieper het water in ging dan zijn laarzen aan konden…Zo nu en dan kwamen Youri en Sven weer met een krab de dijk op lopen, in een emmertje, en moest ik ze weer duidelijk maken dat we ze níet meena men naar Opa en Oma. Die weten onder tussen wel hoe een krab er uit ziet. Enke le dagen later was Opa jarig. Mijn broer en zijn gezin waren inmiddels ook gear riveerd en na de koffie en de borrel, de hapjes en de pannenkoeken, besloten we om met zijn allen naar het strand te gaan. Dat was een tijd geleden, zeg, dat ik met mijn broer en zus op het strand ver toefde….ik denk wel een jaar of vijftien geleden. Tóen waren mijn broer en ik altijd aan het voetballen, sloofden we ons uit voor de meiden en doken we in één keer de zee in. Nu lag mijn broer languit in de zon, stond ik te voetballen met mijn twee neven en keek niemand van het vrouwelijk geslacht toe…(Tja, ik was ook wel errug wit…) en duurde het een hele tijd voordat ik kopje onder was in de zee omdat het water toch wel erg fris was… Ondertussen moest ik Youri wel vijf keer te rug roepen omdat hij té ver het water in ging. Natuurlijk snapte ik wel dat de gol ven daar hoger waren maar niets is zo verraderlijk als de Noordzee, vooral om dat het afgaand water was. Sven pakte het wat voorzichtiger aan. Die liep met zijn bootje aan een touwtje heen en weer langs de vloedlijn, en zodra zijn knieën
onder water kwamen te staan rende hij al weer richting het droge. Daar had den wij geen omkijken naar. In prin cipe gold dat ook voor jongste zoon Sil, tot het moment dat we hem ineens niet meer in beeld hadden…. Ver schrikt liepen we rond tot we hem een paar tellen later weer zagen: een kilo meter verderop, langs de vloedlijn, achter een bal aan rennend die meege sleept werd door de stevige wind…Ik kreeg direct een déjà vu. Ooit, heel lang geleden, heb ik ook achter een op hol geslagen bal aan gelopen…onder aanmoediging van mijn ouders. Het waait ook altijd op een eiland! Maar verder had het baasje het reuze naar zijn zin, maar wat wil je ook, hij be vond zich in een reuze zandbak en er was nog water ook! Alleen toen we naar huis wilden gaan brak de pleuris uit…We moesten hem in de houtgreep nemen om een luier aan te doen en daarna bleef hij nog zo’n tien minuten brullen tot we bij de strandovergang aankwamen…. Maar dat gaf niet want we hebben vakantie! Wordt vervolgd.
Arjen Veldhuizen