Wethouder Astrid van Eekelen gaat een onderzoek doen naar de wijze waarop de aanbesteding voor de bouw van het Kulturhus in Stompwijk is gegaan. Dat onderzoek betreft ook de gekozen contractvorm die met de bouwer SSB is aangegaan. Dat heeft de wethouder het CDA-gemeenteraadslid Stijn Strous in antwoorden op vragen laten weten. SSB is inmiddels failliet terwijl het Kulturhus nog niet klaar is.
Bij het contract ging het om een zogenoemd DBFMO-contract (ontwerp, bouw, financiering, onderhoud en exploitatie) voor 30 jaar. Het werd in april 2017 gesloten door toenmalig wethouder Frank Rozenberg, nu fractieleider van GBLV in de gemeenteraad.
Vlietnieuws heeft al eerder bericht dat de openbare aanbesteding voor de bouw van het Kulturhus mislukte. Daarna is de gemeente zelf op zoek gegaan naar bouwers. Het gesloten DBFMO-contract voldeed niet aan eisen van het rijk. SSB op zijn beurt voldeed niet aan de criteria om het contract te mogen krijgen.
Het faillissement van SSB kost de gemeente zeker 121.303 euro, aldus Van Eekelen. Het betreft kosten voor het afmaken van het werk, de sloop van de uitgebrande Maerten van de Veldeschool en het opruimen van bodemvervuiling (slakken). Voor de oplevering van het Kulturhus moet naar schatting ook nog eens 30.000 euro worden afgetikt.
Hoe de extra uitgaven te rijmen zijn met een vordering van de gemeente op SSB van 300.000 euro waarvan de gemeente zelf denkt dat deze door het faillissement van de bouwer oninbaar zal blijken, is onduidelijk.
De gemeente heeft inmiddels bijna 4,3 miljoen euro in het Kulturhus gestoken, stelt de wethouder, die daarmee berekeningen van Vlietnieuws onderschrijft. Eerder claimde de gemeente nog die cijfers niet thuis te kunnen brengen. Oorspronkelijk was gerekend met een investering van 3 miljoen euro voor het Kulturhus.
De werken die nu nog gedaan moeten worden zullen in juli afgerond worden, aldus Van Eekelen. De peuterspeelzaal zal pas in september in het Kulturhus van start gaan. Dat is vijf maanden later dan gepland.