De Begraafplaats Wilsveen: een kleine oase met een ultieme serene rust
Over het ontstaan van het Wilsveen en de begraafplaats is al veel geschreven, ook door Stompwijkers bovendien is er genoeg literatuur over, maar toch. Een kleine begraafplaats verwacht je niet in zo’n Buurtschap als Wilsveen. Als je er niets te zoeken hebt ben je ook niet zo snel geneigd op de begraafplaats aan het Wilsveen te gaan kijken. Toch is het best de moeite waard omdat deze meerdere geschiedenissen kent.
Allereerst toch even in het kort die van de begraafplaats zelf. Reeds in 1200 is in stukken sprake van het Buurtschap Wilsveen en rond de veertiende eeuw werd er een kapel en later een kerkje gebouwd. Het Wilsveen werd één van de meest bezochte bedevaart plaatsen van Holland. Katholieken en protestanten betwisten en vaak niet zachtzinnig, het recht op deze plek.
In de kerk werd ook begraven. Toen de kerk in 1820 werd afgebroken bleef alleen de begraafplaats over. De oude muren en funderingen van de kerk diende als wanden van de oude, nu nog aanwezige grafkelders.
De begraafplaats is eigendom van de Nederlands Hervormde Kerk (“peper-bus”) aan de sluis in Leidschendam. Er is inmiddels een splitsing aangebracht door de begraafplaats los te koppelen van de kerk en onder te brengen in een aparte stichting onder de naam ‘Nederlands Hervormde begraafplaats Wilsveen’. Op de gemeentelijke informatie zuil langs het Wilsveen bij de begraafplaats staat ook de geschiedenis vermeld.
De tweede geschiedenis is die van de graven en de daarop liggende grafstenen. Al ronddwalend over de begraafplaats en zeker het oude gedeelte kom je veel namen tegen van mensen uit het Wilsveen maar ook uit oud Leidschendam. Van der Akker, Van Wijk, Olieman enz. ik noem er maar een paar. Je ervaart dan; er ligt ook een ware geschiedenis.
Als je er wel wat te zoeken hebt en er regelmatig komt ervaar je ook dat je echt niet de enige bent, velen komen er regelmatig om op het graf van hun overleden familielid een bloemetje te plaatsen of een kaarsje aan te steken.
Maar nu waarvoor ik dit stukje eigenlijk schrijf.
Vele jaren geleden zei een oude Wilsveense agrariër/boer tegen mij: “ik wil als ik dood ga niet op de begraafplaats in het Wilsveen begraven worden, het is er rommelig”. Hij had wel een beetje gelijk. Het geheel zag er onverzorgd uit. Een groep vrijwilligers uit de Hervormde kerk sloegen de handen ineen en namen het onderhoud ter hand en in korte tijd kreeg de begraafplaats een heel ander aanzien. De Wilsveense boer heeft na het zien hiervan besloten toch op zijn “geboorte grond” begraven te willen worden en ligt inmiddels op een mooi plekje.
De groep vrijwilligers, onder de bezielende leiding van Wijnand Wiegeraadt, is iedere woensdagmorgen, zomer en winter, weer of geen weer, op de begraafplaats te vinden voor het plegen van onderhoud. Ze hebben hun domicilie in de naast gelegen, niet meer in gebruik zijnde, melkschuur van de buren, waar ze ook nog grote hoeveelheden openhaard hout (nevenactiviteit) zagen en kloven wat vervolgens tegen een redelijk tarief wordt verkocht om de kosten van het onderhoud te dekken.
Op de foto de groep vrijwilligers tijdens een koude winter woensdagmorgen bij een vuur korf met eigen gekloofd hout als opwarmertje. En na gedane arbeid van deze 60+ers wordt er uiteraard nog een lekker 12 uurtje/versna-pering of hoe je het ook maar noemen wilt genomen en “het zij ze gegund”. Veel fietsers die langs komen en de gemeentelijke informatie paal zien stoppen even en na het lezen van de geschiedenis van het kerkhof nemen ze ook vaak een kijkje op de begraafplaats zelf en ervaren niet alleen de intimiteit van het kerkhofje maar ook het mooie weidse uitzicht over het polderlandschap. Zowaar “Een Kleine oase met een ultieme serene rust”
Ab Spaan