Op 28 januari stond het tijdelijke lichtmonument vanaf 14.00 uur in het Dorpspunt in Stompwijk. In de loop van de ochtend werd door de organisatie besloten om de ceremonie van buiten naar binnen te verplaatsen omdat er erg slecht weer voorspeld werd. Uiteindelijk viel het weer mee, maar zo binnen werd er een intieme sfeer gecreëerd en dat was perfect voor deze gelegenheid. Vanaf half drie kwamen de kinderen per klas binnen om ieder een steen neer te leggen en stil te staan bij de Stompwijkse slachtoffers. De school heeft er veel aandacht aan besteed en het was aandoenlijk om te zien hoe sommige kinderen reageerden. Ook konden zij op een creatieve manier uiting geven aan het woord vrijheid.
Rond half vier kwamen de eerste gasten al binnen en met een kopje koffie of thee, met een plakje cake geschonken door Robert van de Coop, werd er al snel volop gepraat bij de kleine tentoonstelling over de slachtoffers, deze was gemaakt door Stichting Oud Stompwijk. Het werd drukker en drukker en zelfs burgemeester Tigelaar kwam onverwachts langs. De kring rondom het monument werd groter en groter, zeker toen ook nog veel ouderen van de soos rond vijf uur aanschoven. Inmiddels waren ook de genodigden binnen die wij benaderd hadden om namens de familie een steen ter herinnering te leggen.
Nu was het wachten tot de duisternis aantrad, want een lichtmonument straalt het beste in het duister.
Om half zes nam Johan van Gestel het woord en vertelde in het kort waarom wij bijeen waren. De slachtoffers werden bij naam genoemd en een speciale genodigde legde een steen. Na het noemen van alle namen kon iedere aanwezige een of meerdere stenen neerleggen en konden de in totaal 550 stenen gaan ademen in licht.
Na een minuut stilte, volgde het taptoesignaal, indrukwekkend op de trompet geblazen door Stefan Turk. Na een korte pauze waarin wij iedereen koffie en een broodje aanboden, vertelde mijnheer Jan van Santen zijn emotionele verhaal over de arrestatie en het wegvoeren van zijn vader Lau naar het Oranjehotel zoals de Scheveningse gevangenis in die tijd genoemd werd en de zoektocht naar wat er daarna allemaal met zijn vader gebeurd was. Pas in augustus 1945 hoorde de familie dat hij in kamp Ladelund in Neuengamme overleden was op 15 november 1944 en nog een jaar later, in 1946, hoorden zij dat hij daar ook begraven ligt. Iedereen was muisstil en toen hij vertelde dat hij daar in de laatste voetsporen van zijn vader gelopen had, was het verdriet voor iedereen voelbaar. Daarna vertelde Leo Oliehoek over zijn aangrijpende bezoek aan Auschwitz en hij had daar ook beelden bij. Zo’n verschrikking mag nooit meer gebeuren. Mede daarom heeft de organisatie deze bijzondere manier van herdenken ook naar Stompwijk willen brengen, zeker vanwege het feit dat het dit jaar 75 jaar geleden is dat dit vernietigingskamp op 27 januari 1945 door de Russen bevrijd werd. De kerk was op deze avond speciaal open en er werden vele kaarsen opgestoken ter herinnering.
Wij willen iedereen bedanken voor de medewerking en de aanwezigheid.
Het organisatiecomité