Leven in Vrijheid

Vorig jaar stond er een uitnodiging van de bibliotheek voor een cursus korte verhalen schrijven. Een gevarieerd gezelschap schreef zich in waaronder Pietrika uit Voorburg. Een bijzondere vrouw van 85+ schreef een verhaal over de oorlog. Ze heeft dit als kind in Friesland zelf meegemaakt. Er werd destijds niet gesproken maar over moffen en dat doet ze om die reden ook in onderstaand verhaal. Ik heb haar gevraagd of wij dit, in de week waarin vrijheid nog hoger in ons vaandel staat, mogen publiceren. Dat mag en ze heeft het verhaal nog iets uitgebreid. Red. Petra

In het begin van de 2e wereldoorlog reden de autobussen op een houtgenerator. Toen ik in de bus stapte zei klasgenoot Eric meteen: ‘Zie je wie die moffenmeid is, dat is A.J. van onze christelijke school. Wat heeft ze mooie kleren aan hè? ‘Met de wijsheid van een 15 jarige riep ik luid zodat iedereen het kon horen :’k Zou nooit mezelf aan de vijand verkopen voor mooie kleren‘. We gingen nog even door in deze stijl.

leven in vrijheid 1Tegenover het moffen paar zat een moeder met een kind op schoot. Achter de rug van het kind zei ze: ‘Je moet je stil houden want die meid vertelt alles aan die mof.’ Dat hoorde Peter (wiens vader net gefusilleerd is). Hij werd bang, liep naar de chauffeur (de busondernemer) vertelde iets, waarna de ondernemer over de hoofden van alle passagiers zei: ‘ Pietie je moet naar die andere bus daar, want ik stop vandaag niet voor jullie huis’. Ik vond dat vreemd maar Peter werkte me de bus uit. Terwijl ik snel weg liep voelde ik plotseling een ruk aan mijn schouders. Daar stond de mof: ‘Pietie Keulen, ik weet hoe je heet en ik weet waar je woont. Ik zal je nauwkeurig laten volgen en als er ook maar iets is wat me niet bevalt dan zal ik er persoonlijk voor zorgen dat jij in een Concentratiekamp terecht komt. Wat denk je wel dat je alles maar over nette meisjes kunt zeggen.’

Ondertussen riepen Eric en Peter: ’Chauffeur rijden, weg, weg.’ Die snapte het meteen, drukte het gaspedaal flink in en spoot weg de mof achter latende.

De chauffeur van de 2e bus vloog achter het stuur vandaan , ging in de deuropening staan en zei: ‘Jij komt er niet in . Jij bent de laatste waarvan ik dacht die gaat nooit met moffen mee en nu doe je het toch. Bah wat val jij me tegen!’. Ik kon niet reageren want de mof stond nu vlak achter me, maar de gedachte dat iemand een moffenmeid in me zag, was niet te verdragen. Toen de bus in een flink tempo reed, liep ik naar de chauffeur en zei: ‘Hoe komt u erbij dat ik een afspraak met een mof maakte?’

leven in vrijheid 2Nou ik zag het toch voor mijn ogen gebeuren?’ ‘ Helemaal niet, ik kreeg juist een streng verbod opgelegd en als ik me er niet aan houd zet hij me in de gevangenis’.

Een passagier schoot me te hulp : ‘ Man hoe kom je erbij, je kon toch aan het gezicht van die vent zien dat hij erg boos was. Nee hoor Pietie ik geloof je wel. Dan zal ik het ook maar doen’ zei de chauffeur waardoor een last van me af ‘viel. De chauffeur – een verzetsman – heeft de oorlog niet overleefd. Hij werd ook gefusilleerd en heeft de vrijheid waarvoor hij zo hard gevochten heeft niet ervaren .

Enige tijd later kreeg de bus ondernemer (B) bezoek van de moffen en ze vroegen hem: ‘Wie is het meisje dat er zo en zo uitziet, hoe heet ze en waar woont ze ?’

‘Oei’ dacht B dat is Pietie en hij zei: ‘Hoe kan ik dat nu weten, ik vervoer de mensen maar ik praat niet met ze en ik weet al helemaal niet waar ze wonen’. Toen de moffen weg waren stapte hij op de fiets en waarschuwde mijn ouders, vertelde het bovenstaande. Wat was er gebeurd ?

De op een houtgenerator rijdende autobus was weer te laat en op het plein van vertrek stonden de passagiers en scholieren te wachten. Ach kijk, ook weer allemaal moffen, kunnen wij scholieren, weer niet met z’n allen op de achterbank zitten, maar dat gaan we wel doen: afgesproken!

Na het instappen zat er maar één scholier op de achterbank. ‘Ga weg ‘ zei een mof . ‘Nee zei ik, ik zit hier eerst’. De officier kwam erbij en zei nog dringender, ‘Ga weg’. ‘Nein’ zei ik weer. Toen pakte hij zijn geweer om mij daar een klap mee te geven, maar daar heb ik niet op gewacht. Gelukkig was er een plaats vrij naast een leuke jongen (P) die meteen zei: ‘ je hebt groot gelijk hoor , jij zat daar eerst, wat denken die kerels wel, dat ze alles maar naar hun wil kunnen zetten.’

Verstond de officier ons ? ‘ Ga opstaan jij en snel ‘schreeuwde hij tegen P en hij wees een soldaat die een staanplaats had aan om naast mij te gaan zitten. Gelukkig deed die dat niet.

P studeerde in Leeuwarden en om ons land te dienen hebben de studenten iets gedaan wat niet goed in moffenaarde viel. P werd ook gefusilleerd .

Dit is de atmosfeer waarin we toen leefden, ieder ogenblik hoorden we weer van een goed werk uitvoerende Nederlander die gestorven was.

P.T. Okma- Keulen