De Sint en Pieten zijn verdwenen,
de kerstbomen zijn verschenen
Bij de één is de boom soms groot
bij de ander is die wat klein,
de kerstsfeer zal bij ieder hetzelfde zijn.
Dan ook de kerststal niet vergeten,
daar begon het zoals we weten.
zoals de legende het ons vertelde
moest men zich voor een volkstelling melden.
Ook Maria en Jozef zijn op reis gegaan,
maar konden van vermoeidheid niet verder gaan.
De herbergen in die dagen waren over vol
De herbergier zei: zoek op de heide maar een hol.
Van ellende zijn ze toch de heide maar opgegaan,
en ja, daar zagen ze een schapenstal staan.
Daar lag wat warm stro en een voederbak,
Jozef maakte er een krib van, want dat was zijn vak.
Verder op de heide in de maneschijn liep een kudde schapen,
de herders en de hond lagen te slapen.
In die nacht werden ze in hun slaap gestoord,
want engelengezang hadden ze nog nooit gehoord.
Ook een grote ster zagen ze aan de hemel staan,
Die bewoog zich voort en daar zijn ze achteraan gegaan
totdat hij boven de stal stil kwam te staan.
Daarbinnen zagen ze Maria en Jozef bij het kribje, ja waar
Ze waren gelukkig met hun zoon, reken maar
De verlosser is geboren
dat zongen de engelenkoren
Ja mensen en toen was het Kerst
En mijn verhaal is uit, dan natuurlijk tot besluit,
Voor groot en klein, voor iedereen, ja allemaal,
Een fijne Kerst en een goed en vooral gezond Nieuwjaar
Janus Verhagen