Geef een korte introductie van jezelf, naam en overige gegevens en hoe lang je in Stompwijk werkt en hoe je in Stompwijk terecht bent gekomen.
Mijn naam is Renkse Theelen. Na mijn vooropleiding ben ik de Haanstra-kleuterkweekschool, inclusief een vierde jaar voor de hoofdakte, in Leiden gaan doen. Na die opleiding heb ik gewerkt op het Academisch Ziekenhuis met kinderen die daar langdurig verbleven. Dat werd mij te zwaar, gezien al hun medische problemen en misschien ook mijn leeftijd van toen. Vooral het overlijden van zulke jonge kinderen was zeer confronterend. Daarna heb ik tijdje gewerkt in Alblasserdam (ingevallen). In die tijd heb ik in Rotterdam op kamers gewoond in verband met de oliecrisis. Daaropvolgend ben ik naar de openbare kleuterschool in Rijnsaterswoude gegaan als hoofd van de kleuterschool. Ik begon met 40 jongste kleuters. Geloof me dat was aanpakken. Ik heb daar gewerkt tot aan de geboorte van mijn oudste kind. Ik wilde zelf zorgen voor de opvoeding. Na 10 jaren “thuiszitten” ben ik een applicatiecursus gaan doen voor onderwijs in de lagere school in verband met de inmiddels opgestarte basisschool. Het jaar daarop heb ik de cursus remedial teaching afgerond. Via het invalcircuit ben ik uiteindelijk terechtgekomen in Stompwijk. Daar werd na enige tijd mij een aanstelling voor langere duur aangeboden. Ik viel blijkbaar bij meester Havik in de smaak. Mij bevalt het zo goed bij jullie dat ik ben gebleven. En ik kom na al die jaren nog steeds fluitend naar mijn werk.
Heb je altijd al juf willen worden?
Ja, reeds als klein kind wilde ik of politieman, ijscoman of kleuterjuf worden. Ouder geworden vielen die twee eerste beroepen af. Dus….
Klopt het lied dat je op het schoolplein toegezongen werd.
Ja, het lied is in vele opzichten op mij van toepassing. Door mijn volle vingers noemen de kinderen mij juffrouw Grootring. Dat uitzoeken van die ringen heeft als uitkomst dat ik altijd in tijdnood kom en daardoor als een razende Roland naar Stompwijk City moet rijden. Ik begin dus wel op tijd (hierin klopt het lied niet), maar ik eindig zo laat omdat ik niet van ophouden weet en de tijd vergeet (dat deel van het lied klopt dus helemaal).
Welke eigenschap vind je van jezelf het meest prettig en waar zou je wel iets meer van willen hebben?
Mezelf te kunnen verplaatsen in een ander om die te kunnen doorgronden en te begrijpen. Psychologie en pedagogiek zijn daarom voor mij altijd heel belangrijke vakken geweest. Observeren is daarvan een belangrijk onderdeel. Zo kun je een kind in zijn waarde laten en begrijpen. Een andere “eigenschap” van me is dat ik van alles tegelijk wil doen. Dat kan behoorlijk chaotisch overkomen. Daar zou ik wat meer lijn in willen krijgen. Maar het is de vraag of dat op mijn leeftijd nog een haalbare kaart is. Verder vind ik mezelf best een positief ingestelde, stimulerende en uitdagende meid. Zo, die opmerking staat er!
Wat is het leukste wat je op school hebt meegemaakt?
Mijn deelname aan de poldertocht. Baggeren door de modder is wel verlies aan decorum. Al heb ik er veel lol en voldoening uit weten te halen. Overdoen? Nee, het was een éénmalige belevenis.
Wat ik elk jaar weer geweldig vind, is het Sinterklaasfeest en dan vooral de schoenzetdag. Niet te geloven wat de Pieten dan een rotzooi in de klas veroorzaken. Tot paardendrollen aan toe. Ook de Eerste Heilige Communie is zo’n moment. De kinderen voelen zich echt het middelpunt en stralen dat ook uit. Het is vertederend te zien hoe ze “hun” mis meevieren.
Wat is je lievelingsvak om te geven en hoe dat zo?
De onderwerpen die in het kringgesprek aan de orde komen en die dan uit te bouwen. Het kringgesprek als socialisatiecursus. Ik vind dat zo’n leuk moment omdat ik de kinderen dan kan leren naar elkaar te luisteren en op elkaars belevenissen te reageren. Met andere woorden: Leren om hun IK-jes bij te stellen. Verder ben ik een echte Juf, want rekenen- en spellinglessen zijn mijn favorieten.
Wat is de grootste verbetering binnen het onderwijs?
Dat is de computer met de mogelijkheid om de verbeelding en belevingswereld via internet in huis te halen. Met het Digibord kan ik die wereld in de lessen brengen. De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ook de kinderen mij daarin een lesje kunnen leren.
Wat mag van jou geschrapt worden in het les (school)programma?
Het aantal projecten. Twee projecten per jaar zijn voor mij het maximum. Het basisleerprogramma moet ook af.
Wat maak het dat je het zolang bij één school volhoudt?
Ik heb op meerdere scholen gewerkt voordat ik op de Maerten van de Velde kwam. Op deze school heerst een groot gevoel van collegialiteit en inzet. Verder is het leuk om hele families mee te maken met hun eigenheden en verschillen. Waarom dan op zoek gaan naar een andere baan?
Welke vraag heb je gemist?
Blijf je tot jouw pensioen in het onderwijs?
Renske Theelen