Muizenissen

 Om het maar eens populair te zeggen: ik ben nog niet Kerst-ready.  En volgens mij ben ik de laatste want waar ik ook kijk zie ik kerstbomen in de woonkamers of lampjes voor de ramen. Onze straat is ondertussen één grote lichtbak, bang in het donker hoef je hier niet meer te zijn. Daardoor kwam waarschijnlijk ook het volgende persbericht naar buiten: Vrouwen voelen zich op straat veiliger! Bij mijn huis dus niet want dat is gewoon een donker gat, zo’n nis waar je niet alleen zou willen lopen en waar menig onguur type zijn vingers bij af zou likken. Ik lig er niet wakker van maar mijn buren wel. Die kijken mij aan met een blik van ‘Waar blijf je nou met je lampjes!’ Zij zijn al dagen bezig met het verlichten van de straat. En als ze het niet hebben dan halen ze het wel bij de bouwmarkt. Ja, Kerst moet licht brengen, maar om nou direct heel de Vinexwijk in lichterlaaie te zetten, nee, dat gaat mij te ver. Ja, ik woon in een Vinexwijk. Dat is best wel speciaal want men schrijft er zelfs boeken over. In zo’n boek staat dan bijvoorbeeld dat Vinex bewoners regelmatig buiten de rand pissen met de buurman of buurvrouw en dat echtscheidingen vaker voorkomen dan zeg maar een reclameblokje bij de commerciële tv-zenders. Maar goed, naast voorgaande bezigheden dien je dus ook lampjes op te hangen. Het waarom daarvan weet ik niet, kan het hooguit vermoeden: Dat is gezellig! Maar toen ik gisteravond de hond ging uitlaten, met zonnebril op want het lijkt hier wel klaarlichte dag, zag ik dat al die buurtjes de overgordijnen stijf dichtgetrokken hadden…Dus ze hangen hun tuin vol met lampjes omdat dat zo leuk en gezellig staat en blinderen vervolgens alle ramen waaruit je zo mooi naar buiten kunt kijken! Ja, ik ben een ouwe zeur, ik weet het. Mijn kinderen begonnen ook al: “Wanneer haal je de kerstboom?” Maar ik heb daar helemaal geen zin in. Het maakt zo’n rommel in de auto. Sinds een week of drie heb ik weer een auto en ik ben daar vreselijk zuinig op. Dat had ik nooit van mijzelf gedacht, dat ik zo kon zijn, maar ik ben zo blij met deze auto dat ik anders ben gaan denken. Het is een Space Wagon, zo’n wagen waarin je kunt verdwalen, vergelijkbaar met  zo’n benzineslurpende Asobak of PC Hooft-tractor die op voorhand twee parkeerstroken in beslag neemt. Ik ben nu wat milder, noem de auto liefkozend ‘de Pausmobiel’ omdat er van die mooie grote ramen inzitten. En, nog belangrijker, het lijkt wel of hij zweeft boven het wegdek! Ook zitten er allerlei leuke ‘gadgets’ in de auto. Zo worden de spiegels elektrisch verwarmd, kan het stuur op verschillende hoogtes afgesteld worden, is er een bakje voor kleingeld zodat je nooit misgrijpt bij betaald parkeren of het winkelwagentje, zijn er twee bekerhouders voor ‘het bakkie koffie onderweg’ en kunnen de deuren elektrisch tegelijk(!) vergrendeld of geopend worden. Ha, ja, dat laatste lijkt voor de meeste autobezitters de gewoonste zaak van de wereld maar mijn vorige auto had dat niet, dat was telkens rekken en strekken wanneer er meerdere passagiers mee moesten rijden. Maar met zo’n auto ben ik nog steeds niet klaar voor de kerst. Ik zou hem in de tuin kunnen zetten, met knipperende lichten, maar onze straat is autovrij. 

Toch zal ik de buren en mijn kroost tegemoet komen, hoor. Er ligt vast nog wel ergens een rits lampjes in mijn schuur en die gooi ik een dezer dagen wel even naar buiten. Op de buxus of in de conifeer. En ik bel even naar Schiphol. Want zij krijgen er immers nu een landingsbaan bij, de zevende!

                                                                             Arjen Veldhuizen