Muizenissen

Het is een rare wereld… Ik zag van de week een folder, van een Bouwmarkt notabene, waarin drie pagina’s waren besteed aan ‘Kerstcadeaus voor huisdieren’! Ik keek over de rand van de folder mijn hond aan en zij keek mij aan en kwispelde even maar eigenlijk weet ze dat dit soort onzin niet aan haar besteed is. Ze weet dat een hond bij mij een hond is, dat ze behoort tot de categorie Dieren, niets meer en niets minder. Als voeding krijgt ze ’s morgens droge brokken en s avonds droge brokken en vier keer per dag een hondenkoekje (!) als ze braaf is gaan piesen en poepen. Zodra ze het in haar hoofd haalt om op straat haar behoefte te doen dan krijgt ze geen koekje, ook al staat er op de verpakking dat het goed voor haar tanden is….Het hoogtepunt van de dag is voor haar het moment dat wij aan de keukentafel neerstrijken om de warme maaltijd of een belegde boterham te nuttigen want de jongens laten nog wel eens wat van de vork vallen en daarom is onze hond de reden dat wij geen kruimeldief hebben…
Ja, de wereld wordt steeds gekker. De Juf van Youri had tegen de klas gezegd dat ze voortaan deodorant mee naar school moesten nemen want ze vond het stinken na de gymles. Natuurlijk zei ik direct dat ze een grapje had gemaakt maar hij zweerde bij hoog en bij laag dat het niet om een grapje ging….
En terwijl er duizenden mensen in Pakistan doodvriezen omdat ze geen dak boven hun hoofd hebben, zeuren wij over hoe hoog de Basispremie van het nieuwe Zorgstelsel zou gaan worden, treuren we over het feit dat Kerst en de Jaarwisseling bijna precies in de weekeinden vallen en janken we als wéér de auto niet voor de deur geparkeerd kan worden omdat er te weinig parkeerplaatsen zijn. Even voor de duidelijkheid: over voorgaande wereldproblemen zeur ik óók behalve de parkeerplek voor de deur want wij mógen niet eens de auto voor de deur zetten…
Telkens als ik dan weer sta te mekkeren denk ik bij mezelf: gelukkig hebben we de kinderen nog. Dankzij die gasten kan ik elke week een stukje schrijven en geniet ik van de mooie momenten met ze. Laatst zaten we wat krap bij kas en kon er niet geoefend worden in het ‘door een gat zwemmen.’ En zoals velen onder ons hou je dat soort informatie voor de buitenwereld stil. We moesten het Sven wel vertellen want hij was degene die moest oefenen anders mocht hij weer niet opkomen voor het diploma A. Zonder te mopperen accepteerde hij dat en ging die dag lekker buiten spelen. Toen hij de week daarop weer zwemles had vroeg zijn leraar of we nog geoefend hadden waarop hij zonder blikken of blozen dat ontkende en daaraan tevens toevoegde dat we geen geld hadden voor de entree van het zwembad…. Juist, kinderen en dronkaards… Later die week, toen ik met hem terug reed van de voetbaltraining, vroeg hij waarom wij elke maand geld op zijn bankrekening storten waarop ik hem antwoordde dat hij dat straks goed kan gebruiken wanneer hij op zichzelf zou gaan wonen. “Pap, dat moet je maar niet weer doen. Je mag al het geld van mijn bank hebben en je hoeft niets meer te geven..” Ik nam snel een fishermans friend en aaide hem over zijn bol. Zo’n kind gun je toch een Fanta!
Gelukkig hebben we daarna nog twee keer kunnen oefenen en gisterenavond moest hij op voor de ultieme test. Dit keer transpireerde ik niet van de warmte in het zwembad maar van de zenuwen. Met mijn knie beroerde ik de knie van mijn vrouw en liefdevol grepen we elkaars handen: Zou het na ruim drie jaar nu eindelijk gebeuren?
Sven zwom alle slagen die ze ooit verzonnen hebben voorbeeldig maar dat wisten wij wel. Het was puur het gat. Eindelijk kwam dan het gat tevoorschijn en Sven stond als laatste in de rij (van vier testzwemmers). De eerste ging erdoor, de tweede ging erdoor maar de derde kwam al na een meter weer boven water…Aiaiaiaia, da’s een slecht voorbeeld. Sven dook, goed (!), zwom en zwom en inééns kwam hij weer boven water…maar aan de goede kant van het water! Ik gleed nu bijna van mij stoel af en toen we vijf minuten later twee trotse duimen van hem omhoog zagen gaan was het een feit: Sven mag afzwemmen!
Het probleem ‘Zorgstelsel’ was ineens geen probleem meer…
Arjen Veldhuizen