Joris de schoenmaker

Joris is een schoenmaker, hij heeft het erg druk, moet altijd hard werken en heeft dus weinig tijd om leuke dingen te doen. Af en toe leest hij een stukje uit de bijbel, daar wordt hij altijd blij en rustig van.
Op een avond leest Joris uit de bijbel. Hij kijkt even op en denkt:” Eigenlijk doe ik niet veel voor andere mensen. Ik denk veel te vaak aan mezelf, of ik wel genoeg te eten en te drinken heb en of ik het wel warm zal hebben en of mijn huis wel schoon is. Maar ik krijg eigenlijk nooit eens iemand op visite. Ik moet er nu maar eens iets aan gaan doen, vrijwilligerswerk of zo!”
Het is koud en guur buiten. Het is 22 december. Bijna kerstmis dus. Bij Joris in huis is het lekker warm. De kachel brandt en er staat een lekkere pot thee op de tafel, heel gezellig. Joris komt binnen en schenkt een kop thee in. Hij is moe. Zo moe dat hij na een poosje in slaap valt. Opeens schrikt hij op uit zijn slaap. Het lijkt wel of iemand hem roept. “JORIS JORIS”!!!! Joris weet niet waar het geroep vandaan komt, het komt van buiten denkt hij. Hij pakt zich goed in: muts op, sjaal om en hij gaat op zoek. Als hij een stukje door de straat loopt hoort hij het geroep duidelijker: JORIS JOOOOORIIIIIIIIS!!!!!!!!!!
Nu weet Joris het zeker; het komt uit het huis van mevrouw van Wieren! Joris klopt aan de deur, maar er wordt niet opengedaan! Dan kijkt hij door het raam naar binnen, daar ziet hij mevrouw van Wieren op de grond liggen, ze roept: HELP JORIS, MIJN ENKEL DOET ZO ZEER, IK DENK DAT HIJ GEBROKEN IS!! BEL GAUW EEN DOKTER!!!!! Joris rent gauw achterom, belt de dokter en helpt daarna mevrouw van Wieren voorzichtig op de stoel en legt een kussentje onder haar enkel. Daarna zet hij gauw een kopje thee voor de schrik. Even later komt de dokter. Hij bekijkt de enkel van mevrouw van Wieren. “Uw enkel is niet gebroken hoor mevrouw, hij is wel zwaar gekneusd”. Mevrouw van Wieren en Joris zijn erg opgelucht dat de enkel niet gebroken is. “Gelukkig dat Joris mijn hulpgeroep hoorde” zei mevrouw van Wieren tegen de dokter, “het leek wel of hij wist dat iemand hem nodig had!”
Na nog een kop thee gaat de dokter weer weg en Joris gaat naar huis.
Later die dag, als Joris bijna naar bed wil gaan, hoort hij iemand hoesten. Heel hard hoesten en hij hoort stappen in de sneeuw. Joris krijgt het opeens heel koud en denkt: “Ik heb het gevoel dat iemand mij roept”. En weer kleedt Joris zich goed aan en gaat naar buiten. Benieuwd wat hem te wachten staat. Als hij langs de groenteboer op de hoek loopt, ziet hij een zwerver zitten op een stuk karton. Hij hoest en bibbert van de kou. Joris krijgt medelijden met de arme man en vraagt; “Wilt u niet met mij mee naar huis gaan, het is veel te koud om buiten te slapen!”
De zwerver krijgt tranen in zijn ogen van blijdschap en met moeite staat hij op. Joris ondersteunt hem totdat ze thuis zijn in de gezellige kamer van Joris. Daar geeft hij hem gauw wat hete thee en een stuk kerstbrood. Langzaam aan wordt de zwerver, die trouwens Piet heet, weer wat warmer.
Piet en Joris hebben het heel gezellig samen en Piet bedankt Joris wel honderd keer dat hij hem meegenomen heeft: het lijkt wel of je wist dat iemand je nodig had” zei Piet. “Dat heb ik vandaag al eerder gehoord denkt Joris. Mevrouw van Wieren zei ook al zoiets”.
s Avonds in bed denkt Joris na over wat er die dag allemaal gebeurd is. Hij voelt zich gelukkig, omdat hij anderen heeft kunnen helpen. Tevreden valt hij in slaap.

De volgende ochtend klopt er iemand op de deur. Joris doet open, er staat een doos op de stoep. Verder is er niemand te zien. Joris gaat gauw naar binnen en kijkt wat er in de doos zit. Het is een kerstpakket. Er zitten allemaal lekkere dingen in: wijn, kerstkransjes, slagroom, kaarsen en nog veel meer! Er zit ook een brief in. In de brief staat:

Beste Joris, Ik ben je zo dankbaar dat je mij hebt geholpen, daarom geef ik je dit kerstpakket. En zou je morgenavond bij me willen komen eten? Anders zit ik toch maar alleen en dat is niet zo gezellig op kerstavond.

Hartelijke groeten van mevrouw van Wieren,

Joris is er stil van, Natuurlijk wil hij graag bij mevrouw van Wieren komen eten, en hij zal haar vragen of Piet ook mee mag komen.
Ineens beseft Joris: ” Als je iets goeds doet voor andere mensen dan krijg je er iets voor terug, dan krijg je vanzelf vrienden en ben je nooit meer alleen.”
En dan neemt Joris een besluit: hij zal meer tijd vrij maken om anderen te helpen want daar wordt de ander gelukkig van maar hijzelf haast nog het meest!

door Ria Knol