Het hondje Jip

Stompwijkse hond heeft een eigen column
Na ruim 12 jaar heeft de Utrechtse wijk Voordorp eindelijk zijn eigen wijkkrant. Eind november verscheen de eerste editie met daarin een column van Jip. Jip is geboren op de boerderij van Cees Juffermans. Zijn moeder, een jack russell, heet Keetje. Zijn vader is Joep van ’t Roosen bos. Jip was van de vijf jongen weliswaar de kleinste, maar tevens de snelste (echt een Juffermans) uit het nest en is, zoals uit zijn column blijkt, niet op zijn bekje gevallen. De Voordorpers zullen nog veel van hem horen.

Ingezonden door Adriana Oliehoek

DE SNUFFELHOEK
Hallo! Ik ben Jip en een echte kenner van Voordorp. Vier keer per dag snuffel ik langs de straten en groenstroken van deze wijk. Zijn er stenen uit de straat gelicht? Heeft een hond zijn behoefte niet netjes op zijn plaats gelegd? Ik merk het direct op. Op zo iemand zat de redactie net te wachten. Iemand die alles ziet, hoort en ruikt.

Een jaar geleden ben ik geboren en sinds kerst 2003 woon ik bij mijn baasje. Ik ben dus een soort kersthond. Mijn baasje woont al 12 jaar in deze wijk, door mij heeft ze haar buurt eindelijk leren kennen, zegt ze. Ze vindt nu zelfs dat honden in het ziekenfondspakket thuis horen. Daar zou de overheid het geld aan moeten besteden dat ze uit wil trekken om ouderen meer te laten bewegen. Niet naar sportscholen om daar aan saaie apparaten te trekken, maar met een doktersrecept naar een asiel. En dan hup, met nieuwe hond naar buiten. ‘Honden,’ zegt ze, ‘socialiseren een wijk beter als een buurthuis.
Nou als wij dan toch zulk goed werk doen, zou de gemeente dan niet een mooi groot speelveld voor ons kunnen aanleggen? Met een gezellige hangplek voor baasjes? Terwijl ik dan hard rondren met mijn vriendjes en vriendinnen kunnen de baasjes wat praten over ons, het weer of de winkelwagentjes, die in de sloot liggen langs de groenstrook. Dom hè, ik wist niet eens dat vissen ook boodschappen doen bij Albert Hein. Maar ja. ik mag nooit mee, omdat ze me niet buiten aan een haak wil vastbinden. ‘ Je denkt toch niet dat ik gek ben’, zegt ze. ‘ Je legt toch ook geen 500 euro op straat.’
Ik blijf thuis in mijn ‘bench, of bij Paul als hij al uit school is. Paul woont ook in ons huis. Hij wil acteur worden of filmmaker, in iedergeval iets met kunst, net als Theo van Gogh. Nou, nou, we zijn wel geschrokken hoor dinsdag 2 november. Paul en baasje lagen de hele dag op de bank voor de televisie te huilen. Ze vergaten zelfs dat ik nog rond moest snuffelen. Vermoord worden omdat je een grote bek hebt en hard blaft naar iedereen! Ik ben op de bank tussen hen in gekropen en heb hun tranen opgelikt. Gelukkig dat later minister Rita Verdonk op tv zei, dat wij in een land wonen waar iedereen een grote bek mag hebben en hard mag blaffen. Alleen: bijten mag niet…

Woef! JIP