Vervolg van het reisverslag van Mexico

Wij hebben er voor gekozen niet in Mexicocity onze verdere dagen door te brengen en op 8 december nemen wij de locale bus om door te trekken naar Guanajuato. Deze oude stad die op de lijst van werelderfgoed van de Unesco staat, is in de 17e eeuw gebouwd in een dal. Nadat het dal vol gebouwd was, overkapte men het stadje en bouwde hier weer bovenop. Naast de enorm mooie gebouwen, zijn ook de 60 km. ondergrondse wegen een bezienswaardigheid. Boven op de berg heb je een fantastisch uitzicht hoe het stadje in het dal ligt. De primaire kleuren die gebruikt worden bij de bouw, geven een kleurrijk panorama. De middag gebruiken wij voor een bezoek aan het mummiemuseum die hier wereldberoemd is. National Geographic heeft enige tijd geleden hier een uitzending aan besteed. In 1945 werden op het plaatselijke kerkhof de graven geschud in verband met de ruimte die men nodig had. Pas toen bleek dat de grond waar de doden in begraven waren van kalk en sterke zouten doordrenkt was, dat lijken die begraven werden niet vergingen. Al het vocht werd aan het lijk onttrokken en men verleerde eigenlijk. Het was een lugubere ontmoeting met meer dan 100 doden mensen om je heen, waar alle haren, nagels en gezichtsuitdrukkingen nog helemaal te zien waren. De kleding was wel vergaan, op de schoenen na en de sokken die in de schoenen hadden gezeten. Dunne mensen, dikke vrouwen, alles heeft er zijn eigen vorm gekregen. Die nacht was het zeker niet rustig slapen.
De volgende dag naar het museum van Diego Reviera gegaan, een van mexico’s bekendste schilders, die in 1976 overleed. Voor Mexico is hij een begrip, net als wij Rembrandt en v. Gogh hebben. Dan volgt er een bezoek aan een zilvermijn, waar wij zelf afdaalden naar 60 meter onder de grond. De Spanjaarden veroordeelden tijdens de overheersing iedere indiaan tot het werken in de mijnen. Omdat in het gesteente glasvezel zit, die loskomt wanneer de stenen gespleten worden, hoefden deze mensen niet langer dan 7 – 10 maanden in de mijnen te werken. De sterken hielden het 10 maanden vol voordat zij stierven, de zwakkeren gingen eerder. De vezels zetten zich vast in luchtpijp en longen en veroorzaakt bloedingen, waaraan men overlijdt. Op dit moment is de situatie veranderd en kregen wij te horen dat mensen met maskers op werken en pure zuurstof ingespoten krijgen in de aderen. De levensverwachting van de hedendaagse mijnwerker is gemiddeld 40 jaar. Daarnaast verdient hij het minimumloon van 180 euro per maand.
Op 11 december verlaten wij al vroeg Guanajuato om met de bus verder te trekken naar Morelia. Boven Mexicocity is het westerse toerisme uitgestorven en loop je vrijwel als enige autochtone toerist rond. Dat heeft wel het voordeel dat de bevolking nauwelijks verpest is door het toerisme. Mensen kun je veel gemakkelijker fotograferen en staan er meer open voor. Wij zitten nu weer volop in de bergen, afgewisseld met ondiepe grote meren. Zelf zo groot dat bergketens van de ene naar de andere kant vol staan en vele watervogels zich tegoed doen aan de fourage in het water. Na een mooi koloniaals hotel genomen te hebben in het midden van de stad, gaan wij het centrum in waar wij het Palicio de Justitio met het daaraan verbonden stadhuis bezoeken. Prachtige fresco’s van Augustin Cárdenaz, over de Spaanse overheersing sieren de binnenzijde van de muren in de binnentuinen. Wij bezoeken natuurlijk ook de plaatselijke kathedraal die veel overeenstemming vertoont met de kerken die wij op onze tocht van Santiago de Compostela mochten tegenkomen.
De volgende dag worden wij met luid geknal ons bed uit gehaald. Vandaag is het de dag van de Maagd van Guadeloupe. Een feestdag voor de Mexicanen die zijn weerga niet kent. Op deze dag komen miljoenen Mexicanen als pelgrim in de hoofdstad aan en wordt de Maagd – overigens de enige zwarte Maagd die door Rome wordt erkend (het verhaal is te lang om hier weer te geven) aanbeden. Wij vertrekken met de bus naar het stadje Patzuaro en vandaar naar Tzintzuntzan, waar wij een site bezoeken van de Tolteken. Zij hebben hier een belangrijke hoofdstad gehad die van belang was voor de verdediging van de toenmalige linies. Het is overigens de enige site waar men ronde overblijfselen heeft gevonden van de tempels. Verdere sites zijn allemaal opgebouwd uit vierkante of rechthoekige tempels. Dit is ook het dorpje van prachtige houtsnijwerk en de voormalige bisschopszetel. Deze laatste werd in de 17e eeuw verplaatst naar Morelia. De oude kerk herinnert ons er aan en in de tuin staan nog olijfbomen van 400 jaar oud. Op de gescheurde stammen vechten jonge takken nog om leven. Vruchten geven doen ze volgens mij allang niet meer.
Dan weer terug met de taxi naar Patzuaro, waar een vrouwtje langs de straat kleine potjes verkoopt. Nou ging het mij niet om die potjes, maar wel om het prachtige doorgeleefde gezicht van de vrouw. Ik vraag haar een foto te mogen nemen, waarop zij zegt: eerst een van mijn potjes kopen en dan een foto nemen. Wij kopen 5 van haar potjes
Volgende week het laatste deel van dit verslag.
Leo Wijnhoven……., U weet wel, die van de Zustersdijk