VOORPAGINANIEUWS?

Ja, deze week wel.
We hebben aan alle medewerkers gevraagd met wie zij
wel eens een keer op de voorpagina zouden willen staan.
Marja van den Berg en haar vader Bas van der Helm
vallen deze eer te beurt, omdat haar vader 82 jaar is
en nog nooit in de Dorpsketting heeft gestaan!

S.O.S.

De Stompwijkse Oranje vereniging werd in 1975 opgericht en bestaat alweer heel wat jaartjes. Deze vereniging is voortgekomen uit de destijds bestaande verenigingen in Stompwijk. Vanaf het eerste moment maakte Sjaak Disseldorp als voorzitter deel uit van de organisatie en ook de twee echtparen Jan en Trees van der Burg en Hans en Fiet Schuyt zijn al jaren steunpilaren van de SOS. Zij hebben al heel wat activiteiten georganiseerd en ontvangen zowel oude als nieuwe ideeën met open armen. Of het nu gaat om de sporthal vol te zetten met dominostenen, een verkeerstuin aan te leggen, een levend voetbalspel of het traditionele playback festival te organiseren, wat telt is dat er voor jong en oud wat te beleven is op 30 April in ons dorp. Dit jaar had Koninginnedag en Bevrijdingsdag een extra feestelijk tintje vanwege het 3 dubbele lustrum 30 jaar Koningschap, 60 jaar na de bevrijding en 30 jarig bestaan van ons Oranjevereniging. Dit verdiende een formele opening van de dag door het houden van een officiële aubade bij het hijsen van de vlag op het Kerkplein. Onder muzikale begeleiding van de Showband Kids werd het Nederlandse volkslied door menigeen uit volle borst gezongen. De kinderen hadden dit op school van tevoren ingestudeerd. Als bestuur hebben wij genoten van dit moment waarbij het eresaluut van de twee dienstdoende agenten het plaatje compleet maakte. Het SOS bestuur heeft door de jaren heen mogen rekenen op enthousiaste inzet van heel wat Stompwijkers en de ervaring leert dat elk nieuw bestuurslid vanzelf in zijn/haar specifieke rol valt. Zo werd het afgelopen jaar de SOS versterkt door Martin Gootjes en Jan de Groot, twee mannen die wel van aanpakken weten. Samen leven we naar 30 April toe en hopen we dat de weergoden ons gunstig gestemd zijn want bij slecht weer wordt ons improvisatievermogen danig op de proef gesteld.
Door vernieuwing in het bestuur worden de creatieve geesten weer aangescherpt om zo elk jaar weer met een leuk programma te komen met de beperkte middelen waar de stichting het mee moet doen. Ook de vele vrijwilligers dragen hun steentje bij, want zonder de inzet van vele mensen wordt niets een feest. Na een geslaagde dag met veel positieve reacties, zijn wij als bestuur toch erg voldaan en opgelucht dat alles weer goed verlopen is en dat zich geen ernstige persoonlijke ongelukken hebben voorgedaan. Om in de termen van Hélène te spreken ”Na een hele dag de “poten“ uit mijn lijf te hebben gelopen, ben ik ‘s avonds bekaf maar ga ik met een voldaan gevoel en een glimlach op mijn gezicht naar huis.”
Yvonne van Boheemen

uitslag sponsorloterij

Uitslag sponsorloop Stompwijk ’92 25 september 2005

Afgelopen zondag werd de jaarlijkse sponsorloop gehouden. Om 17.00 uur vertrokken er ca. 60 lopers om zo veel mogelijk rondjes te lopen. Er stonden veel ouders, opa’s, oma’s en vrienden langs de lijn om alle kinderen aan te moedigen. Nadat het eindsignaal geklonken had, konden de kinderen hun stempelkaart inleveren en kregen zij iets te drinken en een leuk aandenken. De organisatie ging toen hard aan de slag om de uitslag zo snel mogelijk bekend te maken. En de uitslag is geworden:

Meisjes t/m 7 jaar Jongens t/m 7 jaar
1e prijs Tjilde Bennis 15 ronden 1e prijs Ferdinand Jansen 18 ronden
2e prijs Maira Bocxe 12 ronden 2e prijs Edward Jansen 17 ronden
Myrna van Doorn 12 ronden 3e prijs Dennis Luk 14 ronden
Cindy van Dorp 12 ronden Lars den Hartog 14 ronden
Meisjes 8 t/m 10 jaar Jongens 8 t/m 10 jaar
1e prijs Amber vd Salm 16 ronden 1e prijs Rick van Dorp 18 ronden
Jet Dominicus 16 ronden 2e prijs Ian den Hartog 16 ronden
2e prijs Elina Hoogerdijk 15 ronden 3e prijs Jan Zuidgeest 15 ronden
Dewi vd Salm 15 ronden Richard Luk 15 ronden
Jennifer vd Bosch 15 ronden
Manja van Wissen 15 ronden
Meisjes 11 t/m 16 jaar Jongens 11 t/m 16 jaar
1e prijs Zoey vd Bosch 19 ronden 1e prijs Jordi Bennis 20 ronden
2e prijs Kim vd Salm 17 ronden Rick den Hartog 20 ronden
Erwin van Abswoude 20 ronden
2e prijs Glenn Hoogenboom 19 ronden

Het totaal bedrag wat alle kinderen bij elkaar gelopen hebben is € 1815,55. Een mooi bedrag maar helaas waren er minder lopers dan vorig jaar waardoor er ook minder geld voor de vereniging is, maar alle lopers, heel erg bedankt. Jennifer vd Bosch had goed haar best gedaan want zij heeft een mooie prijs gewonnen omdat zij het meeste geld bij elkaar heeft gelopen, nl. totaal € 150,50. En 2e werd Wessel Suyten met een bedrag van € 82,40 waar hij ook een mooie prijs mee gewonnen heeft. Onder alle lopers werden nog twee cadeaubonnen verloot en die zijn gewonnen door Demi Houthuysen en Dominique Stade en de 2 ballen die werden verloot zijn gewonnen door Ian den Hartog en Casper Turk.Wij willen alle lopers, sponsors, stempelaars en iedereen bedanken die ons geholpen hebben met het organiseren en goed laten verlopen van de sponsorloop. Deze week komen de kinderen langs om het geld bij de sponsors op te halen. De kinderen hebben hun stempelkaart + een lijst met het totaal bedrag wat gesponsord is bij het sponsorformulier zodat u het nog kan controleren. Voor de lopers nog een verzoek om het geld zo snel mogelijk in te leveren bij Tineke Switzar, Dr. van Noortstraat 130. Bedankt,

De sponsorloopcommissie

De Dorpsketting een bindende factor in Stompwijk

Het is al weer 35 jaar geleden dat een aantal Stompwijkers het initiatief hebben genomen om de Dorpsketting op te richten. Waarschijnlijk hebben de initiatiefnemers er geen idee van gehad hoe belangrijk hun initiatief destijds is geweest. Zij hebben nooit kunnen vermoeden dat 35 jaar later een veel gestelde vraag in menig huisgezin nog steeds is: ‘Is de Dorpsketting er al?’ Dat de Dorpsketting verschijnt, is al lang geen vraag meer. Al 35 jaar lang ligt het blad wekelijks bij alle Stompwijkers op de deurmat. Een prestatie waar de Stompwijlkse gemeenschap met recht trots op mag zijn.
De rol van de Dorpsketting is al die jaren dezelfde gebleven. Een blad waarin lief en leed wordt gedeeld en dat daarmee een bindende factor in Stompwijk is geworden. Ook een laagdrempelig blad. Menig Stompwijker heeft zijn of haar eerste ingezonden stukje in de Dorpsketting geplaatst. Hierdoor is de Dorpsketting ook voor de beleidsmakers een belangrijke bron van informatie en soms ook de luis in de pels.
De rol van de Dorpsketting mag de afgelopen jaren dan niet zijn veranderd, dat geldt uiteraard niet voor de uiterlijke verschijningsvorm. De Dorpsketting is wat dat betreft met de tijd meegegaan. Van (elektrische) schrijfmachine tot pc, van stencilmachine tot geavanceerde offset apparatuur en sinds een aantal jaren natuurlijk ook een eigen website.
Dit alles is de verdienste van heel veel mensen, maar toch in het bijzonder van de redactie die elke week deze klus weet te klaren. Een aantal redactieleden doet dit werk al vele jaren. Het is een stuk van hun leven geworden. De maandagavond is bestemd voor de Dorpsketting wat er ook gebeurt. Naast de redactie moeten we natuurlijk ook niet de insteekploeg vergeten en de bezorg(st)ers. Door weer en wind bezorgen zij wekelijks vrijwel zonder klachten de Dorpsketting. Ook dit is een trouwe groep van medewerk(st)ers want er is weinig verloop. Terecht worden zij in dit jubileumnummer in het zonnetje gezet.
In de achterliggende 35 jaar is er natuurlijk heel veel gebeurd. Er is veel lief en leed gedeeld. Bep van Santen en Ans Luiten maakten deel uit van de redactie, maar helaas zijn beiden ons op veel te jonge leeftijd ontvallen. Hun enthousiaste betrokkenheid bij het blad zal ons altijd bijblijven.
Bij een jubileum hoort een terugblik. In dit speciale jubileumnummer van de Dorpsketting vindt u dan ook een kort overzicht van 35 jaar Dorpsketting. Verder treft u een aantal interviews aan met opmerkelijke oud Stompwijkers. Ook oud bestuursleden komen aan het woord. Kortom, dit nummer biedt de lezer voor elk wat wils.
Jubilea zijn niet alleen gelegenheden om terug te kijken, maar ook om het oog op de toekomst te richten. De rol van de Dorpsketting zal niet veel veranderen. Ook is er voldoende draagvlak onder de Stompwijkse bevolking voor het blad. In zoverre ziet ook de toekomst er goed uit. Wellicht dat we moeten proberen wat meer jongeren bij het blad te betrekken, zodat ook voor deze groep lezers het blad interessant blijft en ook zij er zich voldoende bij betrokken gaan voelen. Het bestuur heeft er alle vertrouwen in dat dit gaat lukken. De Dorpsketting zal ons allemaal overleven

Namens het bestuur van de Stichting tot exploitatie van de Dorpsketting,
Sjaak Jansen
(voorzitter)

SJAAK DISSELDORP

Het precieze aantal jaren dat Sjaak Disseldorp bij de Dorpsketting betrokken is geweest, doet er niet zo heel veel toe, vindt hij. Het volstaat te zeggen dat het er veel waren. Sjaak stond aan de wieg van de Dorpsketting, zoveel is zeker, en om en nabij de 25 jaar is hij bestuurslid geweest.

Voorzitter van het eerste uur was Cor Hoogeveen en ook hij heeft het een kwart eeuw volgehouden ‘Maar’ zegt Sjaak ‘je moet niet vergeten Gerard Welp te noemen; hij is degene die met de DK is begonnen.’
Het valt niet mee om Sjaak over de Dorpsketting aan de praat te houden. Hij heeft in zijn leven zoveel dingen gedaan: voetbal, de ponyclub, de loterijclub de Oranjevereniging en de ijsclub. Vooral die laatste twee liggen hem na aan het hart. De Oranjevereniging heeft hij mede opgezet en van de ijsclub is hij voorzitter geweest.
‘Vroeger’ vertelt hij ‘had je nog wínters! Echte strenge winters waarin het vroor dat het kraakte. Dan lag de vaart hier dicht; had je helemaal geen ijsbaan nodig. Natuurijs, dat was er toen nog volop. Het hoefde maar even te vriezen of ik stond op het ijs. Soms zag je het nog een beetje bewegen, maar dat kon me niet schelen, ik wou het ijs op. Ze zeiden wel eens van wees maar voorzichtig straks zak je er door, maar ik wist echt wel of het kwaad kon of niet. Ik bracht de kinderen uit het dorp naar de ijsbaan. Ik moet bekennen dat toen die plannen voor de ijsbaan er kwamen, ik eerst dacht nou, voor mij hoeft dat niet, maar nu is het maar goed dat hij er is; waar moet je anders schaatsen. Goh, vroeger kreeg je ijsvrij van school.’
Vanwege zijn inzet voor de Oranjevereniging heeft Sjaak een lintje mogen ontvangen. Een koninklijke onderscheiding voor zijn onvermoeibare inzet voor de oranje zaak. ‘We hadden in Stompwijk altijd geweldige Oranjefeesten met een zeskamp en zo. Dat kostte natuurlijk geld en dat haalden we bij elkaar met kaartavonden. Klaverjassen doen we nog steeds voor de vereniging, met Kerstmis. Het organiseren van die Oranjefeesten is veel werk hoor. Je moet niet alleen van te voren van alles regelen, maar ook daarna. Dan liepen we met prikstokken de rommel van de straat te ruimen. Maar het was wel altijd gezellig.’
Sjaak houdt van gezelligheid; van mensen en van drukte. Zijn vrouw is daar wat terughoudender in. Niet dat zij niet achter haar man stond hoor, met al zijn bezigheden en besognes. Integendeel, zij mocht er dan wel eens moeite mee hebben als hij alsmaar de hort op was, maar tegenwerken deed zij nooit. Totdat zij beiden wat ouder werden. Toen heeft ze gezegd dat hij nu onderhand wel eens een avondje aan háár mocht besteden. En zo is het ook gegaan; nu gaat Sjaak alleen op maandagavond nog kaarten en dat is het dan wel zo’n beetje.

Maar hoe zat het nou toch met die Dorpsketting, vroeger? Sjaak ‘We hadden hier in Stompwijk een paar verschillende blaadjes; van de kerk en van de voetbal en andere verenigingen. En de winkeliers verspreidden hun eigen advertenties. Toen zijn ze met zijn allen samen gaan werken en dat werd de Dorpsketting. In het begin rouleerden de vergaderingen, zaten we om beurten bij de bestuursleden thuis. Later was het altijd bij Leo Oliehoek. Was altijd heel gezellig, dronken we een borreltje en zo. Ja, waar vergaderden we over… We moesten afwegen tussen redactionele stukjes en advertenties en over hoe we het geld moesten besteden. Nu krijgen de mensen overal geld voor; zitten er zakjes bij de Dorpsketting voor de bezorgers. Vroeger deden ze dat allemaal gratis. Deden we allemáál alles voor niks. Nee, ik heb er nooit een cent voor willen hebben. Sterker nog, het kostte alleen maar geld dat vrijwilligerswerk. Nu krijgen de mensen kilometervergoeding als ze een paar kinderen naar de voetbal brengen. Nou daar hoefde je in mijn tijd niet aan te denken. Tja, de tijden veranderen.’

Behalve de Dorpsketting. Die is al 35 jaar een stabiele factor in Stompwijk. ‘Door de Dorpsketting’ zegt Sjaak ‘blijven we op de hoogte van het nieuws in het dorp.’ En zo is het maar net.
Thea Ambagtsheer

ARJEN VELDHUIZEN

We kennen hem ondertussen allemaal wel een beetje: Arjen Veldhuizen, onbezoldigd columnist van de Dorpsketting. Zijn Muizenissen zijn een wekelijks geschenk. ‘Tja, ik weet niet wat ik nog te vertellen heb’ zegt Arjen als ik hem vraag of ik hem mag interviewen voor dit jubileumnummer. Dat zullen we nog wel eens zien!

Arjen komt van Terschelling. Op zijn 16de vertrok hij naar het vasteland zoals de eilandbewoners dat noemen om er naar de middelbare school te gaan. Vijf dagen in de week was hij in de kost bij een gastgezin. De weekenden bracht hij thuis door. Arjen: ‘Met 16 ben je geïnteresseerd in meisjes en daar waren er veel van op het vaste land. In de weekenden was ik natuurlijk op Terschelling en moest ik het stellen zonder het meisje waar ik op dat moment verliefd op was. Toen ben ik begonnen brieven te schrijven.
‘Brieven schrijven is leuk. Ze krijgen is nog leuker. In dat opzicht is het jammer dat er e mail bestaat; niets is zo fijn als een brief op je deurmat vinden. Dat geeft een heerlijk gevoel van verwachting.
‘Nederlands is een mooie taal. Ik ben er altijd in geïnteresseerd geweest. Al dat gedoe met die Engelse woorden vind ik maar armoedig. Nee, als ik het over mijn kinderen heb, zal ik het nooit over de kids hebben. Bah. Toen ik in ’89 naar de avondschool ging, had ik een enthousiaste leraar Nederlands. Hij maakte iets bij mij los; ik vond zijn lessen geweldig. Een paar jaar later toen woonde ik al in Stompwijk ben ik aan een opleiding journalistiek begonnen, en de Dorpsketting gaf mij de gelegenheid om de theorie meteen in de praktijk te brengen.
’Ik lees graag de boeken van Youp van’t Hek, Kees van Kooten en Wim De Bie. Of luister naar Herman Finkers. Dat zijn mensen die het Nederlands heel creatief gebruiken. Zij laten zien hoe veelzijdig onze taal is.’

Arjen is getrouwd met Daniëlle. Hun verbintenis leidde tot de hoofdonderwerpen van de wekelijkse Muizenissen: Youri, Sven en Sil, 10, 8 en 4 jaar oud. Daniëlle beoordeelt de columns voor hij ze naar de redactie mailt.
‘Wij leerden elkaar kennen op het werk, alleen werkte zij in een ander gebouw. We zaten allebei in de catering. Ik stuurde haar brieven en gedichten via de etenskar. Ik ben 17 jaar kok geweest. Nu ben ik bewaker bij het koninklijk huis. Soms, als het erg druk is, moet ik invallen als lakei. Leuk om te doen. We werken in ploegendiensten. Afhankelijk van mijn rooster schrijf ik mijn stukjes op zondag of maandag. Meestal zijn mijn jongens mijn inspiratiebron, maar niet altijd. Ik kan me nogal opwinden over de verschillen in de wereld. Het verschil tussen kind zijn in Bosnië en kind zijn in Stompwijk bijvoorbeeld. Of de dwaasheid van de reclame. En hoe alles uiteindelijk raakt aan mijn persoonlijke wereld. Mijn gezin, mijn jongens. In feite schuilt in alles wat zij beleven een potentieel verhaaltje.’

Arjen is een romanticus. Om Daniëlle ten huwelijk te vragen, kleedde hij zich in een authentiek Terschellinger kostuum en hees zich op een paardenrug. Toen zijn geliefde op het balkon verscheen, declameerde hij zijn huwelijksaanzoek in dichtvorm. Met schitterend resultaat, mag ik zeggen. Ik krijg de indruk dat de romantiek van dat moment in de huwelijkse staat overeind is gebleven.
Voor de Dorpsketting heeft Arjen ondertussen 370 Muizenissen geschreven. Waarom heten ze eigenlijk zo? Arjen: ‘Mijn moeder noemde me, en noemt mij nog steeds, Muis. De redenatie is Veldhuizen, veldmuis, muis, snap je’m? En een vriend van mij maakte er – voor boven mijn stukjes Muizenissen van.’
Óp naar de volgende 370 Arjen; we zijn nog lang niet uitgelezen!

Thea Ambagtsheer

portret van Rinus van Haaster

De naam Van Haaster gaat ver terug en stamt, net als verschillende andere varianten, af van Van Haastrecht. Dat is het eerste wat ik opsteek van mijn bezoek aan Rinus van Haaster. Hij is een goed verteller. 85 Jaar is Rinus en zijn verhalen gaan over vervlogen tijden net zo goed als over recente gebeurtenissen.

Rinus was 10 jaar en wees toen hij met een broer en zus bij zijn oom Jas van Bohemen in Stompwijk kwam wonen. Allebei zijn ouders waren overleden aan tuberculose; die had zijn vader in de Eerste Wereldoorlog opgelopen in de loopgraven. Zij ouders lieten negen kinderen achter.
Jas van Bohemen was boer en voor Rinus was het al snel heel gewoon dat hij voordat hij naar school ging eerst moest helpen de koeien te melken. Rinus: ‘We gingen lopend naar school. Nu heeft ieder kind een fiets of wordt gebracht met de auto. Die had je toen nog niet. Ik heb het allemaal zien komen, de fiets, de auto, vliegtuigen en raketten. Waar nu de auto’s over het Oosteinde rijden, was vroeger helemaal geen weg. Je had toen waar nu het fietspad loopt een karrenspoor en het verkeer bestond uit boeren met karren en voetgangers. Meer niet.’

In 1945, na het overlijden van zijn oom, werd Rinus zelfstandig boer. Hij was toen 25 jaar. ‘Tussen boer zijn toen en boer zijn nu is een groot verschil. Met zo’n 20 koeien was je toentertijd een flinke boer. Die koeien moesten allemaal twee keer per dag met de hand gemolken worden. Dat kon een boer niet in zijn eentje af want reken maar uit, één koe melken kost ongeveer een kwartier. Daar had ik wel een knecht bij nodig.
‘Het werk was in die tijd veel intensiever dan nu. Je was altijd bezig, ook op het land. Alles ging nog met de hand: bemesten, maaien, keren, de hooibouw, alles was menskracht. Nu zie je eigenlijk nooit meer een boer over zijn land lopen. Dat komt door al die machines die ze nu hebben. Als een boer nu op zijn land bezig is, zit’ie op een trekker.’
Rinus en zijn vrouw zijn in 1946 getrouwd en kregen 10 kinderen, 7 dochters en 3 zonen. Dat is een flink huishouden. ‘Mijn vrouw had het druk. Zij hielp ook bij het kaasmaken, dat deden we in die jaren ook nog zelf, op de boerderij. Voor het extra inkomen, begrijp je wel?’

Tot 1975 is Rinus boer gebleven, toen nam een van zijn zonen het bedrijf over. ‘Dat was in de tijd dat de overheidsregels begonnen toe te nemen. Ikzelf heb daar gelukkig niet zoveel mee te maken gehad. Ik weet nog dat de verplichte melkopslag er kwam. Op een gegeven moment moest iedere boer een koeltank hebben, maar dat kostte nogal wat. Wij konden dat nog wel betalen maar het was een flinke investering die voor kleinere boeren niet op te brengen was.
‘Ik weet nog dat Arie Spruijt, de vader van je schoonzoon, twee maal per dag zijn melk hier kwam brengen. Hij had gezien zijn leeftijd geen zin om nog zo’n grote investering op zijn nek te nemen. Wij maakten kaas van zijn melk. Achteraf gezien, hebben we daar geluk bij gehad, toen je die quota kreeg. De overheid berekende je quotum op je omzet van de laatste jaren. Door de melk van Arie hadden wij hoge melkcijfers. Dat scheelde in het quotum dat we kregen toegewezen. Nou ja, mijn zoon dan.’

Klassenindeling
‘Het leven van nu is in veel opzichten niet te vergelijk met vroeger’ vindt Rinus. ‘Neem de gemeentelijke klassenindeling. Stompwijk was vroeger een derde klas gemeente. Die indeling werd van overheidswege voor allerlei voorzieningen gebruikt. Voor de school bijvoorbeeld; de leerkrachten hier in Stompwijk kregen minder betaald dan in Leidschendam. Met als gevolg dat we goede leraren maar moeilijk konden behouden. Ik zat in die jaren in het oudercomité en om ervoor te zorgen dat de kinderen in Stompwijk ook goed onderwijs kregen zijn we clandestien gaan collecteren. Met de opbrengst konden we de lerarensalarissen aanvullen!’
Rinus was en is een sociaal en actief mens. Hij is voorzitter geweest van de Blesruiters, zat in het bestuur van de Jeugdraad, de gidsen en kabouters én Rinus speelde toneel. Met volle overgave. Rinus: ‘Vroeger huurden mensen voor hun bruiloft vaak een voordrager in. Zo iemand schreef de liedjes voor het bruidspaar en maakte een levensloop. Die droeg ik dan voor. Ik had een drumstel en af en toe huurde ik een accordeonist in. Dat waren altijd leuke feesten. Ik heb ook veel aan cabaret gedaan. Er werd wel eens met een scheef oog naar gekeken hoor. Als boer was ik voor sommigen toch een tikje te frivool. Later ging mijn oudste dochter vaak mee voor de muziek. Al onze kinderen zijn trouwens erg muzikaal.
‘Mijn vrouw had ook een mooie stem; een mooie ver dragende stem. In de oorlog speelde ze mee in de openluchtspelen. Dat was achter de kerk; De geheimen van de Heilige Mis. Tja, zo’n titel, dat zou nu niet meer kunnen.’

Emmaus
Rinus beschikt over een breed scala aan talenten. Dat mag blijken uit het feit dat hij ook nog eens tien jaar directeur is geweest van Emmaus. Rinus: In 1964 ontstonden er plannen voor een bejaardenhuis in Zoeterwoude. De organisatie kreeg aanvankelijk geen toestemming voor de bouw omdat het te ambitieus zou zijn. De overheid vond dat het een streekvoorziening moest worden. Dus werd Stompwijk bij de plannen betrokken en ik kwam in het bestuur terecht. Dokter Kortmann was voorzitter en ik ben vijf jaar secretaris geweest. Mevrouw Luiten zat ook in het bestuur. In 1968, na de opening werd ik voorzitter van het bestuur. In die jaren werd Emmaus bestierd door religieuzen. Directeur en onderdirecteur waren zusters Franciscanessen. Op een zeker moment werden beiden langdurig ziek. Er moest tijdelijke vervanging komen; een onmogelijke opgave. Geen enkel geschikt persoon wilde een aanstelling voor drie maanden. Logisch. Uiteindelijk heb ik die tijdelijke aanstelling gekregen. Toen bleek dat de eigenlijke directeur niet meer terug zou komen, ben ik op voordracht van het personeel directeur gebleven, uiteindelijk 10 jaar! Toen moest ik met pensioen. Ik heb het ontzettend naar min zin gehad!’
De liefde was wederzijds, concludeer ik uit het jubileumboekje bij het vijftigjarig bestaan van Emmaus. Daarin is aan Rinus een apart hoofdstuk gewijd onder de titel ‘Tijdperk van Haaster afgesloten’. Een paar citaten: ‘Dhr. Van Haaster heeft de gehele ontwikkeling van “Huize Emmaus”van 1964 tot 1985 meegemaakt. (…) Deze fotoalbums zijn de stille getuigen van de gezellige sfeer en de vele creatieve avonden met zang, voordracht en muziek, kaartavonden, bejaardenreizen en Sint Nikolaasfeesten die toen plaatsvonden. (…) Dat dit soort activiteiten positief werkte op de sfeer in het huis, bleek wel uit het feit dat hij altijd goed kon opschieten met iedereen waar hij in het verzorgingshuis mee te maken had.’

Mevrouw Van Haaster
‘En nu’ zegt Rinus beslist ‘wil ik het over mijn vrouw hebben. Zij heeft MS. Dat is een aandoening die de zenuwuiteinden aantast. Achteraf gezien begon de ziekte al op te spelen toen ze achttien jaar was en ze gezichtsverlies kreeg. Ze zit al 40 jaar in een rolstoel. De meeste MS patiënten worden niet oud. We zijn lid van de patiëntenvereniging en daar zien we de één na de ander wegvallen. Mijn vrouw is dus heel bijzonder. We hebben ondanks de rolstoel de hele wereld overgevlogen. We gaan samen nog regelmatig weg. Ik verzorg haar in mijn eentje en we hebben het goed zo.’ Til, hun jongste dochter vertelt: ‘Ik heb mijn moeder nooit zien lopen. Ik was vier toen ze in een rolstoel kwam. Dat mijn vader helemaal in zijn eentje voor mijn moeder zorgt is echt heel bijzonder. Laatst was er hier iemand van het indicatieorgaan en die heeft uitgerekend dat mijn moeder 40 uur per week professionele zorg nodig heeft. Kan je nagaan wat mijn vader allemaal doet. Mijn moeder klaagt nooit, huilt nooit. Ze heeft haar ziekte geaccepteerd. Dat is misschien wel de reden dat ze er nog altijd is.’ ‘Van ’t voorjaar is mijn vrouw erg ziek geweest’ vult Rinus aan. ‘Al mijn dochters kwamen om te helpen haar te verzorgen. Gelukkig is ze er goed doorheen gekomen.’

Saamhorigheid
Rinus heeft het dus altijd druk. Ter ontspanning mag hij graag zijn twee pony’s inspannen. Dan zien we hem draven door het dorp. Het menweekend van de Blesruiters slaat hij als het even kan niet over. En straks in december vliegt hij naar het huwelijk van zijn kleinzoon in Sri Lanka. Dan nemen de dochters de verzorging van hun moeder over.
Op de valreep komen we nog over saamhorigheid te spreken. Volgens Rinus is die in Stompwijk altijd groot geweest. ‘Hoewel er vroeger natuurlijk wel veel standsverschil was. Zo hadden de grote boeren een vaste plaats vooraan in de kerk. Kochten ze gewoon. Hoe minder geld je had, hoe verder achterin je zat. Je had in die tijd nog armenbankjes. ’t Is maar goed dat dat niet meer bestaat. Met die saamhorigheid zit het wel goed in Stompwijk. ‘Ik denk dat de Dorpsketting daar zeker toe bijdraagt’ zegt Rinus.
Dat horen we graag!
Thea Ambagtsheer

EERSTE HEILIGE COMMUNIE

Geachte ouders,
Dit jaar wordt de Eerste Heilige Communie voor de kinderen van groep 4 gehouden op 23 april 2005 Via dit schrijven willen wij u als ouders van de desbetreffende kinderen daarop attent maken. Door het invullen van de onderstaande strook kunt u te kennen geven of u uw zoon of dochter daarvoor wilt opgeven. De kinderen zullen op dit sacrament gedeeltelijk op school voorbereid worden. Er zijn voor de kinderen drie zondagochtenden in de pastorie. Daarnaast zult u als ouders aan de hand van een werkboek ook thuis met uw kind hieraan werken. Pastoor Van der Plas zal tijdens de voorbereidingstijd wat lessen komen geven onder schooltijd aan de kinderen en op enkel woensdagavonden op school of pastorie catechese geven.
Wij vragen van de ouders een eigen bijdrage van € 7,50. Dit is om het ongemak tijdens de voorbereidingen te voorkomen dat sommige mensen geld moeten voorschieten en vervolgens maar weer terug moeten krijgen. Nu hebben we eigenlijk één pot en dat is handiger.
U kunt dit aan ons geven de eerste avond of overmaken op nr. 3959.28.761 t.n.v. Werkgroep EHC
Wilt u zo spoedig mogelijk contact opnemen met een van de onderstaande personen. Heel hartelijk bedankt en graag tot ziens.

Pastoor Van der Plas Louise Hoogenboom
Gerda van de Sande Mariska Zandbergen
Marjolein Janson

Hallo meiden,

We hebben weer een nieuwe zangtalent in ons midden en ze heet Britta Kuppens! WELKOM Britta, wij hopen dat jij het ook naar je zin zal krijgen. Inmiddels weten alle koor leden dat wij a.s. zondag weer in de kerk gaan zingen. Wij verwachten jullie zondag 2 oktober om 10.15 aanwezig te zijn.
Kom weer naar ons luisteren zodat jullie weer getuigen kunnen zijn wat wij zo nu en dan elke maandag middag na school tijd in de kerk zingen. We hebben de kids weer een andere (nieuwe) Onze Vader liedje geleerd die jullie nog niet hebben gehoord. Tijdens de grote vakantie heb ik dit geschreven en wil dat a.s. zondag ten gehore laten brengen. Tot zondag om 11 uur!
Maria & Carmen

Een nieuw Tijdvak begint

Zondag 2 oktober is er weer gezinsviering.We beginnen weer om 11 uur in de Laurentiuskerk.We gaan het hebben over de herfst en denken na over de dieren. Natuurlijk zingen de Laurentius kids er weer hun mooiste liedjes bij. Wij hopen dat jullie allemaal komen.
Tot dan, Werkgroep gezinsviering.

Dorp van het dorstige hert