Gerard, door Connie Oliehoek

In de zomer van 1979 kruisten onze levens elkaar voor het eerst. Mijn vader en jij hadden op een zondagmiddag bij de voetbal met elkaar afgesproken dat ik mijn pas gekochte veulen bij jou mocht weiden. In de nieuwe schuur timmerde mijn pa een paar paardenboxen en dat was het begin van een bijna 40 jarige vriendschap. Moeder Nel zag het wel zitten zo een jonge meid over de vloer want Geert was nog steeds vrijgezel en ze zag in mij wel een geschikte huwelijkskandidaat voor haar zoon. Zover is het nooit gekomen want in de ogen van een 18 jarige meisje is een man van 30 jaar toch hoog bejaard.

Maar vanaf die tijd maakten we onverbrekelijk deel uit van elkaars leven. Ik heb al die jaren Ondermeerweg 35 als mijn tweede huis gezien. Voor mijn paard moest ik daar elke dag zijn, maar pikte tegelijkertijd een graantje mee van de vriendschap en gastvrijheid van Geert en in die tijd dat zijn moeder nog leefde ook van haar. Mijn vriendin Els mocht een jaar later ook haar paard stallen bij Geert en het gebeurde vaak dat we op een winterse zondagmiddag na een rit met onze paarden verkleumd naar boven liepen om gezellig met hun een borrel te drinken. Nou ja 1? Het kwam wel eens voor dat we pas na zonsondergang pootje over de Meer uitliepen.

Ik liep niet altijd de deur plat want we hadden beiden elk op ons eigen manier een gevarieerd leven. Zo ben ik in 1989 een jaar naar het buitenland vertrokken en een 5 jaar later kwam ik mijn man Aad tegen en was ook met heel andere dingen bezig als Geert.

En Geert? Hij was naast zijn werk betrokken bij allerlei verenigingen en vriendenclubs in Stompwijk. Je kan het zo gek niet bedenken of hij was overal bij! Zo heeft hij jaren volkomen vrijwillig kantinediensten gedraaid voor Stompwijk ‘92. Bij het maken van het clubblad was hij elke 2 weken te vinden.

Ook is hij vele jaren een actief lid van de Toerclub geweest en bij weekenduitjes offerde hij zich op om met de bezemwagen te rijden. Als er met een nieuwjaarsloop of een fietsvierdaagse verkeersregelaars nodig waren hoefde je maar te kikken en hij was er. Ook SGW in de Vlietlanden kon rekenen op zijn inbreng.

In het voetbalseizoen volgde hij Stompwijkse Boys 1 op de voet en was dan ook altijd weer of geen weer aan de lijn te vinden. Met het jaarlijkse visuitje zat hij ook in de organisatie en reken maar dat niemand een drankje te kort kwam. Thuis in de Ondermeer werd er om de zoveel tijd met vrienden een klaverjaswedstrijd gehouden en zijn kleine huisje werd omgebouwd zodat er voor iedereen plaats was en daar kwam ook niemand wat te kort. Hij zorgde voor drank en lekker hapjes en gezelligheid.

Helaas kort na zijn 65ste verjaardag kwamen de eerste duidelijke tekenen van de vreselijke ziekte Alzheimer naar boven drijven. Door de dementie kreeg Geert steeds meer zorg nodig en die hebben we met zijn familie en vrienden zo goed mogelijk proberen te geven.

De situatie werd dan ook voor iedereen heel anders. Voor mij betekende dat ik nu wel elke dag naar boven ging om te zorgen voor zijn eten en een constante factor te zijn in zijn leven.

We dronken dan samen gezellig een portje aan de keukentafel en spraken de dag door. Ondanks zijn verminderde geheugen was hij vaak nog verrassend scherp en het was voor ons beide meestal een fijne afsluiting van de dag!

Begin december vorig jaar besefte iedereen om Geert heen dat we met zijn allen hem de zorg niet meer konden geven die hij nodig had en kon hij gelukkig liefdevol in Emmaus worden opgenomen. De avond voor zijn vertrek uit de Ondermeer hebben wij samen nog de fles port leeggedronken en gek genoeg is dat ook het laatste portje dat ik gedronken heb.

Om met Geert zijn woorden te spreken: ik moet nog ff kijken hoe dat zit! Maar ik geloof dat ik nu wel weet hoe dat zit.

Connie Oliehoek